De Langeweg (1)
Dit praatje bij een plaatje begint op de plaats waar, de in 1910 ingevoerde naam voor ons dorp , al een halve eeuw eerder als naam voor de buurtschap werd gebruikt , namelijk de omgeving van de station Langeweg, in 1865 gebouwd aan de lijn Breda – Lage Zwaluwe. De staatsspoorwegen hebben op hun beurt de statie aangeduid met de naam van de dichtstbijzijnde openbare weg, De Langeweg. Een naam die weinig nadere uitleg behoeft en vooral veel voorkomt in de Nederlandse polders. De bewoners van deze buurtschap, maar ook de pers, gebruiken de naam Langeweg veelvuldig bij hun berichtgeving, advertenties, brieven en familiedocumentatie. Deze foto, met het opschrift LANGEWEG, werd 13 december 1916 verstuurd door de, in deze buurt ingekwartierde militair C. Wielemaker, aan zijn familie in Koudekerke. We bevinden ons hier net even over de spoorlijn die de Langeweg gelijkvloers kruiste tot 1939. We kijken in oostelijke richting. De hekken aan weerszijde van de overweg zien we nog. Rechts de toegang naar de statie Langeweg en een arbeidershuisje bij de verdwenen Peppelhoeve. Links het bruggetje naar de hoeve waar de familie Schrauwen gewoond heeft tot de aanleg van de HSL. Onder dat bruggetje stroomt een restant van de zogenaamde Langewegvliet, in de dertiende eeuw gegraven in verband met de moernering van het gebied ten oosten van Zevenbergen tot Wagenberg. De vliet bevorderde de ontwatering en diende als transportweg voor het de afgegraven veen richting Zevenbergse haven. Aan weerszijden van de vliet ontstond in de loop der jaren een zogenaamd trekpad om de turfvletten te verslepen. Als we goed kijken zien we links over de vliet nog een smalle weg lopen. Ter plaatse is tot op den dag van vandaag de ligging van vliet en de zogenaamde noord-Langeweg nog te herkennen. In de ontstaanstijd moeten het zo maar een loopspoor geweest zijn. Nadat de turfgraverij omstreeks 1300 haar langste tijd had gehad, verloor de Langewegvliet zijn functie als turfvaart. Midden 14e eeuw zijn het Oudland van Zevenbergen en de Zonzeelse polder zijn voor het eerst bedijkt, hetgeen wijst op de opkomst van de landbouw in deze gebieden. De Sint Elisabethsvloed van 1421 verstoorde deze ontwikkeling. Rond 1550 vond herbedijking plaats van de polders rond Slikgat. De Langewegvliet met belendende wegen bleef behouden. In de zestiende eeuw wordt de verbinding wel regelmatig aangeduid als de Heijdensche weg, de weg naar Terheijden. Na de herbedijking werden onze polders in rechtlijnige patronen ingericht . Grote pachthoeven werden aangelegd langs de Langeweg waarop vooral monocultuur plaatsvond ten behoeve van de export. Om het transport van die handelsproducten met paard en wagen mogelijk te maken en te vergemakkelijken moest er wel wat gebeuren aan het onverharde wegenpatroon. Sept. 2018