Hendrikus Cornelis Broere (1921-1945)
In de loop van de middag van zes november 1944, kwam na zeven dagen een eind aan de beschieting van Langeweg vanaf het Nieuwveer aan de Mark. Vier jaren van onderdrukking en geweld waren voorbij, maar of op die zesde november, in de versufte, verwarde en hongerige hoofden een gevoel van bevrijding opborrelde is maar zeer de vraag. Velen treurden om hun, als gevolg van deze oorlog, gesneuvelde familieleden en familieleden die gewond naar elders vervoerd waren en daar na enige tijd alsnog overleden. En niet te vergeten de mensen die in spanning de thuiskomst van hun zonen afwachtten die als dwangarbeiders naar Duitsland waren getransporteerd om daar voor de vijand te gaan werken. Langeweg heeft diverse jongens in die richting zien vertrekken. Gelukkig kwamen de meesten in de loop van 1945 op onverwachte, verassende momenten terug . Een Langewegse familie waaraan dat geluk voorbijging was het gezin Broere-van der Zande. Ruim anderhalf jaar na de bevrijding van Zuid-Nederland heeft dit gezin zitten wachten en hopen op deterugkeer van zoon en broer Hein (Hendrikus Cornelis). Hein werd geboren op 14 juli 1921 in een huisje dat stond op de plaats van het huidige adres Zuiddijk 78, als zoon van Dingenman Broere en Johanna Stoop. Zijn moeder overleed in 1938. Zijn vader hertrouwde in 1941 met Johanna van der Zande. In 1943 moest hij zijn ouders, broers en zussen verlaten. Het zou een afscheid voor het leven worden. Zijn ouders zouden nooit meer iets van hem gehoord hebben. Jongens geboren in 1921, werden in 1943 gedwongen voor de vijand te gaan werken in Duitsland. Hein kwam terecht in Osnabrück, een plaats ruim 80 km ten oosten van Enschede. In de morgen van 16 februari 1945 verricht Hein, op bevel van de organisatie Todt, met elf andere arbeiders, herstelwerkzaamheden aan het spoorwegemplacement te Osnabrück. De groep bestaat uit vijf Nederlanders, waaronder Piet Pas uit Breda, Bertus Vegers uit Zevenbergen en zeven Italianen. Maarten Pas, een familielid van genoemde Piet Pas, heeft onderzoek gedaan naar de gebeurtenissen van die februaridagen. Het gerucht deed de ronde dat het spoorwegemplacement te Osnabrück die dag gebombardeerd zou worden door de RAF. Even na het middaguur loeien de sirenes. De bevolking in de omgeving van de Rosenkranzkirche vlucht naar een schuilbunker bij de kerk. De groep dwangarbeiders komt ook bij de bunker aan maar stuit op de bunkerwacht van de organisatie Todt. Alleen de bouwers van de bunkers worden toegelaten, zelfs nog in volgorde van het aantal uren dat ze eraan gewerkt hebben. Het wordt gecontroleerd met namenlijsten. De namen van de twaalf dwangarbeiders ontbreken. Zij worden niet toegelaten. Bovendien waren het maar buitenlanders. Uitkomst biedt de Rosenkanzkirche, waarvan de deur altijd open is. De Italianen bidden nog om een goede afloop. Na anderhalf uur begint de RAF met 200 machines met een luchtaanval. De twaalf mannen zoeken bescherming in de stookkelder van de kerk. Een vol klokuur regent het bommen. Na een week worden elf lijken geborgen in de totaal verwoeste kerk. Hein Broere is onvindbaar. Toch gaat men er vanuit dat Hein niet meer leeft want een ‘kameraad-medegevangene’ zou volgens het gedachtenisprentje de ouders van Hein het doodsbericht hebben overgebracht. 25 mei 1945 ontvangt de Gemeente Zevenbergen vanuit Osnabrück het bericht van overlijden van Hein op 16 februari 1945 om kwart voor drie in de middag. Toch moet het voor de familie een raadsel gebleven zijn waar Hein was. Na zes jaar wachten werden ze uit deze onzekerheid verlost. De Rosenkranzkirche moest herbouwd worden. Bij het ruimen van de puinresten uit de stookkelder in het voorjaar van 1951, vond men de stoffelijke resten van de sinds 1945 vermiste Hein Broere. Hij werd begraven op het Nederlands Ereveld Heger Friedhof te Osnabrück. Zijn naam staat met 141 anderen gebeiteld in het drieluik, centraal op deze begraafplaats, waar nog 393 andere Nederlandse dwangarbeiders begraven zijn. In 2003 werd in de nieuwe Rosenkranskirche te Osnabrück in een nis een herdenkingsplaats ingericht voor de twaalf mannen die hierop 16 februari 1945 de dood vonden. Twaalf namen op de muren herinneren ons aan de Italianen en Nederlanders waaronder: Hendrik Broere 14-7-1921 Zevenbergen Niederlande.
November 2019